Ik ben geboren op 9 april in het jaar 1928, op Paasmaandagochtend. Paasmaandag wordt in het oude land ongeveer net zo gevierd als zondag of eerste kerstdag. Ik ben thuis geboren, zoals toen gebruikelijk was. Mijn broer Adam, die met zijn 6 jaar de oudste was, zou drie weken later op 1st mei met school beginnen. Jarenlang was dat de dag waarop het schooljaar begon. Later werd het verschoven naar 1 april en nog later naar 1 september. We scheelden weinig in leeftijd. Bij de eerste zes was het leeftijdsverschil maar 15 of 16 maanden.
In die tijd gingen mensen alleen naar de dokter als ze ziek waren en dan bedoelden we echt ziek. Die mensen hadden hun hele leven hard gewerkt en waren veel minder comfort gewend dan wij, dus ze waren behoorlijk gehard. Een dokter was ook erg duur in vergelijking met dokters tegenwoordig. Hun honoraria waren waarschijnlijk nog steeds laag, maar iedereen probeerde zoveel mogelijk te vermijden om geld uit te geven. De meeste vrouwen gingen dus nooit van tevoren op controle. Soms werd de dokter kort van tevoren ingelicht dat zijn hulp werd verwacht bij de geboorte van de baby. Wel werd er een tijd van tevoren een afspraak gemaakt met een vroedvrouw. In die tijd was dat vaak een oudere dame met weinig opleiding, vaak een weduwe. Ik herinner me al deze dingen uit mijn schooltijd als er weer een broertje of zusje werd geboren. Er zijn acht broers en zussen jonger dan ik en ik herinner me de geboorte van zes van hen. Ik was het zesde kind in het gezin.
Van de eerste paar jaar weet ik alleen een paar dingen die me later zijn verteld. Toen ik een baby was, was ik erg dik. De dokter besloot dat ik moest afvallen. Eerst waren er geen resultaten, dus werd hij strenger over mijn dieet en eindelijk begon ik af te vallen, en toen ging het zo snel dat ze niet wisten hoe ze het moesten stoppen. Ik verloor veel te veel gewicht, werd mager en zwak, kreeg longontsteking en andere ziekten en een paar jaar lang was mijn gezondheid vrij slecht. Het eerste wat ik me kan herinneren is dat ik ziek was en in een wiegje voor het raam in de woonkamer lag en dat mijn broer Henk en zus Geertje buiten op het ijs aan het schaatsen waren. Ik was nogal teleurgesteld dat ik mijn bed niet uit mocht. Dit was waarschijnlijk in februari 1932, dus ik was bijna vier jaar oud.
Leave a Reply